Iedereen heeft wel een afwijking
Een man zit aan de bar naast een stotteraar.
Zegt de man: "Is het niet lastig dat stotteren?"
De stotteraar: "N-n-nee, he-he-helemaal n-n-niet, w-w-want ie-ie-iedereen heeft w-w-wel een af-af-afwijking."
Man: "Hoezo dat dan?"
Stotteraar: "N-n-nou, M-m-met w-w-welke hand v-v-veeg jij je k-k-kont af?"
Man: "Met mijn rechterhand."
Stotteraar: "Z-z-zie je? D-d-dat is jouw af-af-afwijking. De m-m-meeste men-mensen g-g-gebruiken t-t-toiletpapier".